Jaarrapport economie en beurs 01 2022

In ons vorig rapport stelden we ons de vraag of we al dan niet moesten vrezen voor inflatie. Hoe belangrijk deze vraag is, zien we aan de beurskoersen, die telkens het zuiden neigen op te zoeken, als de inflatiecijfers de hoogte in schieten. De met schulden overladen wereldeconomie en de vele winstarme bedrijven die sterk afhankelijk zijn van investeerders worden door de verdiscontering van het hoger rendement op kapitaal, plots een pak minder waard. Anders gezegd: hoe hoger de rente hoe minder interessant het wordt om te investeren in veelbelovende ‘luchtproducenten’ met winsten in een verre toekomst. Vandaar dat sommige sectoren rare sprongen kunnen maken en dat wat al ‘goedkoop’ staat, altijd nog veel goedkoper kan. Sectorrotaties zijn dan ook in volle gang.

 

De kredietcrisis toonde aan hoe zwak ons financieel systeem toen was. Intussen hebben de centrale banken het ‘werk van god’ (de omschrijving van de CEO van Goldman Sachs wat betreft bankieren…) van de reguliere banken gedeeltelijk overgenomen. Dat is meteen ook de reden waarom inflatie uitbleef. De geldhoeveelheid werd amper groter, ondanks de zogenoemde ‘enorme geldcreatie’. In werkelijkheid bleef alles zoals het was, het werk van god verschoof enkel van de gewone banken naar de centrale banken.

 

Doch, we zijn in een situatie aanbeland waarbij onze economie enkel kan overleven met nog meer schulden. Deze schulden planten zich schijnbaar exponentieel, voort aangewakkerd door een lage rente. Hierdoor loopt ook het aantal inefficiënte investeringen de spuigaten uit en daalt de productiviteit. In de jaren voor Corona was de geldhoeveelheid al aan het stijgen, maar door Corona werd nóg meer geld in het systeem gepompt. Vandaar dat we nu wel worden geconfronteerd met een hogere inflatie en een veel hogere inflatiegevoeligheid als er eens wat verkeerd gaat. De financiële markten kunnen al enige tijd hun belangrijkste functie, het vaststellen van prijzen, niet goed uitvoeren vanwege de enorme monetaire steunmaatregelen van centrale banken.

 

De inflationisten, niet te verwarren met het woord felationisten, waren aanvankelijk dun bezaaid, daar het om tijdelijke Corona-gerelateerde disrupties ging, maar al gauw bleek dat de inflatie hardnekkiger was dan gedacht. Enerzijds omdat Corona roet in het eten bleef gooien, maar anderzijds omdat er nu eenmaal een pak liquiditeiten circuleren.

 

Een onderschatte inflatoire kracht is echter de enorme machtsconcentratie die zich in de Westerse wereld aan het afspelen is en die nog werd versterkt door de Corona-crisis. Hoe meer macht en hoe groter het aantal verdoken monopolies van de door de centrale banken gesponsorde superbedrijven, hoe groter de verleiding om kunstmatig schaarste te creëren om de prijzen op te drijven. De vooralsnog mislukte energietransitie doet de rest. Economen zwijgen erover in alle talen. Volledig normaal, de meeste werken voor banken en het geld voor de megalomane energieprojecten moet van ergens komen.

 

Het inflatieprobleem zal zichzelf oplossen, daar de daaruit vloeiende renteverhoging de schuldeconomie te veel zal afremmen. Een deflatoir scenario blijft sluimeren en de discrepantie tussen de hoge inflatie van meer dan 6 procent bij een tienjarige rente die rond 1,5 procent blijft schommelen, is daarvan een bewijs. Corona-gerelateerde supply-chain-disrupties zijn tijdelijk, doch groenflatie; stijgende energieprijzen als gevolg van de energietransitie, zal ons nog lang parten spelen. Hopelijk duwen ze ons op termijn niet in een stagflatiescenario, dat zou het failliet betekenen van onze economie, alsook van de groene ideologie. Maar de soep wordt nooit wordt nooit zo heet gegeten…

Toch is het mogelijk dat de renteverhogingen de inflatie juist nog verder aanwakkeren, daar het aanpakken van de supply-chain-disrupties extra investeringen vraagt.

  

Een andere mogelijke trigger is een gecontroleerd faillissement van bijvoorbeeld een vastgoedspeler zoals het Chinese Evergrande; dat kan de wereldeconomie wel degelijk meesleuren in zijn val, hoewel je dit nooit zal lezen in de pers. ‘De centrale banken zullen wel bijspringen’, heet het dan. Zo zal het wel uitdraaien, maar dat wil ook zeggen: nog meer liquiditeiten en dus nog meer inflatie. Zo blijft het rentespook ronddwalen.

 

Net zoals beursindexen de hoogte werden ingejaagd door excessieve liquiditeiten, rijzen ook bij ons de vastgoedprijzen de pan uit. Het blijft een bijzonder gegeven dat mensen bereid zijn om honderdduizenden Euro’s neer te leggen voor een stapel bakstenen. Het feit dat bijna iedere economische crisis in de afgelopen 50 jaar is begonnen met een overspannen huizenmarkt en te veel schulden in de vastgoedsector, dienen we maar liever in het achterhoofd te houden, hoewel enige negativiteit wat betreft vastgoedprijzen meestal niet in dank wordt afgenomen. Dit is juist het bewijs dat er sprake is van een zeepbel. Hoe groter een zeepbel, hoe belangrijker het wordt om deze nog verder op te blazen want er valt steeds meer te verliezen. Gelukkig is het materiaal waaruit een zeepbel bestaat zeer rekbaar.

 

Vermoedelijk zal de Federal Reserve de rente in de eerste jaarhelft meer optrekken dan voorzien. Dit omwille van de inflatie die hoger zal uitvallen en langer zal aanhouden, waardoor ze zichzelf zal versterken. Bedrijven zullen bijvoorbeeld de hogere prijzen meer gaan doorrekenen, waarna werknemers hogere lonen zullen eisen, enz. Een te krappe arbeidsmarkt zal de zaak niet helpen. Het aantal mensen dat op zoek is naar een andere baan staat op een hoog niveau. De depressie-epidemie, die stilaan een feit wordt, is een onderbelichte oorzaak.

 

De inflatie zal de economie dus al snel weer afremmen, waarnaar de centrale banken de teugels weer zullen laten vieren en het beursfeestje zich kan hernemen. De volatiliteit zal in de eerste jaarhelft wellicht toenemen en de kans op een substantiële correctie, die al heel lang op zich laat wachten (het is te zeggen, de indexen die vooral gedragen worden door superbedrijven, camoufleren de daling die bij de vele andere bedrijven al een tijdje aan de gang is), neemt dus zienderogen toe. Deze correctie kan zich in meerdere golven, dus ook opwaartse schijnbewegingen, voltrekken. Houd dus voldoende cash aan en wees geduldig.

 

Zoals vermeld in het vorige rapport, zullen de herstelbewegingen korter worden, naarmate de bandbreedte tussen inflatiegedreven renteverhogingen en de daaruit voortvloeiende deflatieneiging, kleiner wordt, daar deflatie al snel weer de kop zal ingedrukt worden door de overvloedige liquiditeiten. Doch, volatiliteit wil ook zeggen: meer kansen, zeker als we ‘dankzij’ de Omicron-variant meer groepsimmuniteit zullen hebben opgebouwd. Daarbij zal het gezegde ‘De laatste loodjes wegen het zwaarst’, misschien zichzelf weer alle eer aandoen.

 

 

Later een heel goed pensioen; dat is wat de beurs voor u zou moeten betekenen. Als je de beurs ziet als een instrument om snel rijk te worden, dan zou u al snel het tegenovergestelde kunnen overkomen. De strategie die u toepast is belangrijker dan het instapmoment, vandaar dat de Hovertronic-methode, een eenvoudige strategie die u zelf kan toepassen zonder de helft van uw rendement te zien verdwijnen aan commissies, u zeker verder kan helpen.

Of u staat op het punt om een investering/belegging te doen maar u kan wel een second opinion gebruiken? Maak een afspraak via jurgen@vanhover.be